Voor de schoonheid, de rust, de fysieke en mentale uitdaging, de adrenaline.
Enkele vorige reizen:
Snowboarden in de Alpen
Trekkings in Scandinavië en IJsland
Trekking in de Peruviaanse Andes
Jungletrekking in het Amazonewoud
Trekking in Noord-Vietnam
Tanzania beklimming Mt. Kilimanjaro (5895m)
Nepal Rolwaling trekking over Tashi Laptsa pas (5755m) met beklimmingen van Yalung Ri (5630m), Ramdung Peak (5925m) en Pachermo Peak (6195m – Toppoging gestaakt op 6040m wegens weersomstandigheden),
Favoriete quote :
It is not the mountain we conquer, but ourselves. Sir Edmund Hillary
Motivatie :
Bergen, overweldigend, ontroerend, liefelijk en verraderlijk maar steeds lokkend!
Voor mij is het bereiken van de top van de Ama Dablam slechts een héél klein onderdeel van dit avontuur. Wat een dergelijke uitdaging zo mooi maakt is het onderweg zijn, als nietige mens tussen die grote Himalaya-reuzen mogen en kunnen rondwandelen. De ijle lucht die je naar adem doet snakken. De koude, de wind, … die je op de proef stellen. Je grenzen verleggen zowel op fysiek als mentaal vlak. De ene voet voor de andere zetten, genieten van iedere stap die je zet, vol verwondering kijken naar het landschap dat zich ontplooit na het bereiken van de zoveelste bergpas.
En uiteraard is er ook nog de dynamiek van het onderweg zijn met een team, niet enkel de expeditieleden maar zeker en vast ook het ondersteunende Sherpa-team.
Stuk voor stuk dé ingrediënten om alweer op pad te gaan en een prachtig avontuur te beleven in de bergen.
Vorige expedities en trektochten :
1998 - Kenia : Mount Kenia, Point Lenana (4985 m) - Tanzania : Kilimanjaro (5895 m)
1999 : Rusland : Mount Elbrus (5642 m), toppoging gestaakt ter hoogte van de Pashtuhova Rocks (4670 m) wegens opkomende sneeuwstorm.
2000 : Peru : Alpamayo trekking, met beklimming van de Nevado Pisco (5752 m)
2001 : Nepal : Everest-trektocht over de Amphu Labtsa (5787 m) en de beklimming van de Kala Patar, Island Peak (6189 m) en Mera Peak (6421 m)
2002 : Nepal : Trekking in Jugal, Helambu and Langtang Himal, crossing Ganja La (5175m) en de beklimming van de Naya Kanga North-East face (5846 m)
2003 : Nepal : Himlung Himal expeditie (7126 m)
2004 : Nepal : Everest-The Hard Way Trek : Crossing Renjo Pass (5417 m), Chola La (5420 m) en Kongma La (5535 m), Everest Base Camp en de beklimming van Gokyo Ri (5483 m), Lobuche East (6119 m) en Island Peak (6189 m).
2005 : Kirgizië – China (Xinjiang) : Trektocht rond de Muztag Ata, tocht tot Camp1 (5400 m) op Muztag Ata
2006 : India : Zanskar – Ladakh : Trans Himalayan Tracks : Trekking van Manali tot Lamayuru
2007 : Vietnam : Trekking in Noord-Vietnam, beklimming van de Fan Si Pan (3143 m)
2010 : Italië : Torre Pellice Valley : Initiatie ijsklimmen en winteralpinisme
2010 : Marokko : Marrakech en het diepe zuiden, woestijntrekking
2011 : Nepal : Putha Hiunchuli expeditie (7246 m), eerste Belgische beklimming
2012 : Nepal : Rolwaling : Trekking over de Tashi Lapsa (5755 m), met de beklimming van de Ramdung Ri (5930 m)
2013 : Finland : Wintertrekking op sneeuwschoenen in het Pallas-Yllästunturi NP
It is not the mountain we conquer, but ourselves.
De berg
Hoewel de impressionante Mount Everest en Lhotse Zuidwand aan het einde van de Khumbu vallei liggen te wachten op de duizenden trekkers die jaarlijks het Everest Base Camp bezoeken, is het toch de Ama Dablam die op de meeste een verpletterende indruk maakt.
En dit niet zozeer omwille van zijn hoogte, maar wel om haar betoverende schoonheid en de steile hellingen die tot ieders verbeelding spreken.
Ama Dablam wordt ook wel eens de Matterhorn van de Himalaya genoemd. Want net als de Matterhorn in de Zwitserse Alpen heeft de Ama Dablam een zeer karakteristieke vorm, die je nooit meer vergeet !
Voor de locale bevolking, de Sherpa’s, betekent de naam Ama Dablam het volgende: “de Moeder en halsketting” of “Moeders juwelenkistje”.
Immers in het Nepali betekent “Ama”, moeder of ook wel grootmoeder.
“Dablam” is dan weer een verwijzing naar de hanger (= een soort van amulet) die de Sherpani om hun nek dragen. En verwijzen ze hiermee naar de hanggletsjer die hoog op de berg net boven camp 3, doet denken aan deze hanger.
Historiek
In herfst van 1958 probeerde een Italiaans-Engelse expeditie zonder succes een eerste keer de Ama Dablam te beklimmen via de SW Ridge.
In de lente van 1959 trok een Engelse expeditie richting de berg om via de N-Ridge de top te bereiken, ook deze poging faalde.
Eerste beklimming :
De eerst beklimming van de Ama Dabam gebeurde eerder “toevallig” en vond plaats in het kielzog van de Silver Hut Expedition 1960-1961.
De Silver Hut Expedition werd georganiseerd en geleid door Sir Edmund Hillary die in 1953 samen met Tenzing Norgay als eerste op de top van de Mount Everest stond. Het wetenschappelijk luik van deze expeditie werd opgevolgd door de bekende fysioloog Dr. Griffith Pugh.
De ‘Silver Hut Expedition’ had tot doel, om via tal van experimenten na te gaan welke de effecten van grote hoogte waren op het menselijke lichaam, en tevens trachtte men de fysiologie van het acclimatisatie proces in het menselijk lichaam verder te onderzoeken.
Om dit na te gaan werd in november 1960 op 5800 meter hoogte op de Mingbo La een hut gebouwd, de Silver Hut. Deze hut lag ten Oosten van de Ama Dablam, waarvan Edmund Hillary op dat moment dacht dat deze berg niet te beklimmen was.
De "Silver Hut"
Gedurende negen maanden verbleven wetenschappers en bergbeklimmers op grote hoogte om tal van experimenten uit te voeren en werd de basis gelegd van de huidige kennis van het acclimatisatieproces van het menselijk lichaam aan grote hoogte.
Naast dit wetenschappelijk luik van de Silver Hut Expedition, was er uiteraard ook nog een sportief gedeelte.
In de lente van 1961 vertrok Edmund Hillary samen met zijn team naar de Makalu (8470 m), om deze berg te beklimmen zonder gebruik te maken van extra zuurstof.
De beklimming mislukte echter door een combinatie van slecht weer en Hillary die er hoogteziekte kreeg.
Ondertussen hadden 4 medewerkers van het wetenschappelijk onderzoeksteam, de opdracht van Hillary gekregen om wat ‘verkenningsopdrachten’ uit te voeren op de Ama Dablam. De vier klimmers hielden het echter niet alleen op verkenningsopdrachten maar konden de Ama Dablam op 13 maart 1961 voor de eerste maal beklimmen.
De vier klimmers die deze eerste beklimming realiseerde waren : Michael Gill en Wally Romanes (Nieuw Zeeland), Michael Ward (UK) en Barry Bishop (USA).
“Probleem” bij deze eerste beklimming was het feit dat de Nepalese autoriteiten enige tijd voordien het systeem van permits had ingevoerd, waarbij men een vergunning moet aanvragen om een berg te beklimmen. Voor de Ama Dablam had Edmund Hillary echter geen permit, vandaar dat hij ook enkel de opdracht had gegeven tot verkenning. Nadien werd Edmund Hillary als expeditieleider voor deze illegale beklimming van de berg, op het matje geroepen door de Nepalese autoriteiten en diende Hillary een boete van 60 $ te betalen.
Op 20 april 1982 bereikten de eerste vrouwen de top van de Ama Dablam. Het waren de Amerikaanse Stacy Allison, Susan Havens, Sharon Kearney en Lucylle Smith.
Op 21 november 2009 kon de Brit Stuart Holmes de eerste afdaling met een parapente realiseren.
In totaal hebben er al 911 expeditieteams een toppoging ondernomen, hiervan konden er 633 teams met één of meerdere klimmers de top bereiken.
911 teams goed voor in totaal 4526 klimmers en 1172 klimscherpa’s.
Van de 4526 klimmers bereikten er 2442 de top, 271 vrouwen en 2171 mannen.
Van de 1172 klimsherpa’s stonden er 609 op de top.
Reeds 69 verschillende nationaliteiten bereikten de top van de Ama Dablam, waaronder ook 13 Belgen.
Succesvolle Belgische beklimmingen :
Alain Hubert beklom de berg als eerste Belg op 26 april 1983.
In de winter van 1992 beklom hij de Ama Dablam een tweede maal.
De andere Belgen die de top haalde zijn :
- Didier Goethghebuer (top op 3/12/1992)
- Roland De Bare De Comogne (24/10/2002)
- Liesbeth Dessent (19/10/2004)
- Stephan Genten (19/10/2004)
- Nico Merciny (20/10/2007)
- Guy Van Cool (20/10/2007)
- Griet Veris (20/10/2007)
- Johan Van Damme (16/11/2007)
- Tom Van den Berghe (1/11/2009)
- Koen De Clerck (1/11/2009)
- Ann Brees (23/10/2010)
- Andries Etienne (3/11/2010)
(bron : The Himalayan Database – 1950 t.e.m lente 2013)
De klim
De Ama Dablam (6814m) is één van de meest indrukwekkende en mooiste bergen ter wereld. Gelegen in het hart van Khumbu regio, ‘homeland’ van de Mount Everest en de Sherpa’s.
Iedere trekker die het overbekende en druk belopen pad richting Mount Everest Base Camp neemt, komt oog en oog te staan met de Ama Dablam, kijkt er vol verbazing naar en droomt er wellicht van om hem ooit eens te kunnen beklimmen.
Op de Ama Dablam kan je meerdere routes volgen om de top te bereiken, enkele daarvan zijn bijzonder moeilijke en technische routes.
Tijdens deze expeditie zullen we dezelfde klimroute volgen die de alpinisten in 1961 tijdens de eerste beklimming volgden, nl. de South West Ridge.
Deze klimroute is uitdagend en mooi en biedt ons de nodige variatie in rotsen, sneeuw en ijs en dit alles onder vrij technische omstandigheden. Technisch staat de South West Ridge route gequoteerd als een ‘AD-route’ (Assez Difficile), maar dan wel eentje op meer dan 6000m hoogte en met een zware rugzak.
Het is een beklimming in expeditiestijl wat wil zeggen dat we 2 à 3 hoogtekampen gaan moeten opzetten en deze moeten bevoorraden met eten en brandstof tijdens meerdere ‘portages’, vooraleer we een toppoging kunnen ondernemen. In totaal trekken we 14 dagen uit om deze beklimming te realiseren.
De technische passages op de route zijn normaal gezien voorzien van vaste touwen, zodat het klimmen veilig kan verlopen.
Trekking naar Ama Dablam Base Camp (4600m)
De meeste klimteams volgen de gewone en druk bewandelde Everesttrail om het base camp te bereiken. Wij hebben voor een alternatieve en zeer uitdagende route gekozen. Tijdens deze trekking zullen we over twee alpiene passen van meer dan 6000m gaan: East Col (6190m) en West Col (6155m).
De laatste uitdaging voor we het base camp bereiken wordt Mingbo La, een bergpas van 5800m.
De Route
Hier volgt een korte beschrijving van de klimroute boven het basiskamp. Uiteraard zal de route aanzienlijk verschillen van jaar tot jaar, onder andere door de weersomstandigheden.
Zo zal bv. onder heel droge omstandigheden met weinig sneeuwval de route tussen Camp 1 en Camp 2 ongeveer voor 95 % over rotsen verlopen, maar onder ‘normale’ omstandigheden zal dit ongeveer over 30 % sneeuw en 70 % rots zijn. Vanaf Camp 2 is de route ‘mixed’ met een afwisseling van sneeuw, rots en met ijs bedekte rotsen.
Tijdens de topdag loopt de route grotendeels over de sneeuw en zullen de hoogte en de sneeuwcondities de grootste uitdaging vormen.
Base Camp (4600m) – Advanced Base Camp (5300m) :
Advanced Base Camp is een hoger gelegen basiskamp, dat mensen die de klassieke aanlooproute via de Everest trail volgen, gebruiken om aan de hoogte te acclimatiseren. Vermits wij tijdens de aanlooproute al op grote hoogte zijn geweest en voldoende zijn geacclimatiseerd zullen we dit kamp normaal gezien enkel gebruiken als depot, voor voedsel en brandstof om de hoger gelegen kampen te bevoorraden.
Base Camp (4600m) – via Advanced Base Camp – Camp 1 (5700m) :
Stap/klim tijd : 5 à 6 u.
Vanuit het basiskamp leidt een rustig klimmend pad ons in noordoostelijke richting over een oude morene helling. Op 5150m hoogte bereiken we een vrij breed plateau, waar we de Mingbo La terug zien liggen, die we enkele dagen geleden nog hebben overgestoken.
Vanaf het plateau wandelen we noordwaarts tot het terrein heel wat steiler wordt. Aan de voet van een groot en steil boulderterrein (= blokkenterrein) bereiken we Advanced Base Camp gelegen op een hoogte van 5400m.
Vanaf hier kom je in een zeer rotsig landschap terecht en gaat de route verder Noordwaarts over het grote en steile boulder-gebied richting de voet van de eigenlijke South West Ridge.
Op het einde van het blokkenterrein, bereiken we een ongeveer 70m hoge rotsplaat in ruw graniet. Het beklimmen van deze plaat is niet moeilijk, de moeilijkheidsgraad is 3+. Meestal zijn er hier al enkele touwlengtes vast touw voorzien.
Eenmaal de graat over, klauteren we nog even verder aan de oostzijde van de graat en bereiken we al snel Camp 1, gelegen op een hoogte van 5700m.
In Camp 1 zijn er een beperkt aantal rotsplateautjes, waar de tenten kunnen worden opgezet.
Camp 1 (5700 m) – Camp 2 (6000 m) : Stap/klim tijd : 3 à 4 u.
Hoewel het hoogteverschil tussen beide kampen eerder gering is, vatten we nu het moeilijkste en meest technische gedeelte van de beklimming aan.
Vanaf Camp 1 gaat het een beetje bergaf waarna we in de rechterflank (Oost -Zuidoost zijde) ver van de graat een lange traversé maken over sneeuw en gemakkelijke rotsen tot de graat zich een beetje begint te rechten.
We traverseren via enkele kortere passages over een paar rotsplaten (technisch niveau : 4 à 4+) en bereiken een grote rotsmuur die ons opnieuw naar de eigenlijke graat zal leiden.
Op de graat gaat de route verder over een mixte terrein van sneeuw en rotsen, met soms héél luchtige passages waarbij je enkele honderden meters in de diepte kijk langs weerszijde van de graat.
Uiteindelijk bereiken we de voet van de Yellow Tower op 5950 meter hoogte.
De Yellow Tower ligt net onder Camp 2 en is de sleutelpassage of crux van de klimroute en zal garant staan voor een zeer spectaculaire klim op grote hoogte. Deze rotspassage van een 20-tal meter hoog heeft een technisch niveau van 5a+ en een hellingsgraad van 60 à 70 graden.
Eenmaal boven op de Yellow Tower traverseren we verder naar rechts en een 5-tal minuten later bereiken we Camp 2 op een hoogte van 6000m.
Camp 2 ligt als een adelaarsnest hoog op een min of meer vlakke rotspilaar op de graat. De ligging van de campsite is bijzonder spectaculair en blootgesteld met zowel links als rechts rotswanden die zich honderden meters diep naar beneden storten.
De ruimte om tentjes te plaatsen is zeer beperkt, en het zal waarschijnlijk de meest luchtige campsite zijn waar we ooit ons tentje zullen opstellen!
Camp 2 (6000m) – Camp 3 (6300 m) : Stap/klim tijd : 3 à 4 u.
We verlaten Camp 2 en volgen nog even de erg geëxposeerde graat, vervolgens traverseren we oostwaarts over een sneeuwgraat die ons naar de couloir brengt.
De couloir, die men ook wel eens de ‘Bowling Alley’ noemt, zal ons naar de voet van de Grey Tower leiden. De couloir is een gevarieerde klim, een 2-tal touwlengtes lang, over een mixte terrein. Eenmaal uit de couloir komen we via een steile sneeuwgraat aan de Grey Tower, gelegen op een hoogte van 6050 m.
De Grey Tower bestaat voornamelijk uit gebroken rotsplaten en de route die we volgen is een mixte klim over rotsen, sneeuw en ijs, en wordt beschouwd als één van de meest geëxposeerde passage van de hele klimroute!
Wanneer we het einde van de Grey Tower bereiken, loopt de route verder over een gemakkelijk stukje sneeuw en ijs richting de Mushroom Ridge.
De Mushroom Ridge, gelegen op een hoogte van 6150 m, is een sneeuwgraat die de verbinding vormt tussen het mixte terrein van de South West Ridge met de hoger gelegen sneeuwvelden die naar de top leiden.
De Mushroom Ridge bestaat uit bijzonder mooie en spectaculaire door de wind gevormde sneeuwcornices en staat garant voor een ‘luchtige wandeling’!
Op het einde van de Mushroom Ridge bereiken we de campsite om de tenten van kamp 3 op te zetten op een hoogte van ongeveer 6300m.
Het huidige Camp 3, ligt goed 100 hoogtemeters lager dan het oorspronkelijke Camp 3 dat op een relatief groot en vlak sneeuwveld lag op 6400m.
In 2006 kwamen hier 6 personen om het leven toen hun tenten werden meegesleurd in een lawine van sneeuw en ijs die ontstond door het afbreken van een stuk van de Dablam. De Dablam is een impressionante en dreigende hanggletsjer of serac hoog op de Ama Dablam. Geregeld breken er grote stukken ijs van de Dablam die dan normaal gezien links van Camp 3 zich een weg naar beneden zoeken. In 2006 ging dit grondig mis en werden de tenten en klimmers in Camp 3 verrast door de sneeuw- en ijslawine met fatale gevolgen.
Vandaar dat de huidige positie van camp 3 nu ook iets lager ligt op 6300 m op een min of meer beschutte plaats ten Oosten van de graat. Men spreekt daarom ook meestal van camp 2.9 of camp 2.8 afhankelijk van waar de tenten kunnen worden opgezet.
Indien de condities van de Dablam te gevaarlijk en instabiel zijn, overnacht men niet in Camp 2.9 en zal de toppoging gebeuren vanuit Camp 2, waardoor de topdag een bijzonder lange en pittige dag wordt.
Uiteraard staat ieders veiligheid op de eerste plaats en zal de toestand van de Dablam geëvolueerd worden op het moment van de beklimming. De beslissing over het al dan niet gebruiken van Camp 2.9 zal op het laatste moment genomen worden.
Camp 3 (6300) naar de Top (6814 m) en terug naar Camp 3 of 2 : Stap/klim tijd 3 à 4 u + een 2-tal uur afdalen.
Het laatste stuk van Camp 3 naar de top wijzigt van jaar tot jaar maar is in hoofdzaak een rechttoe rechtaan sneeuwbeklimming, die ons uithoudingsvermogen een laatste keer danig op de proef zal stellen.
We klimmen nu op de Westface van de Ama Dablam, dat wil zeggen dat de zon pas tegen 9u30 van de partij zal zijn om ons op te warmen.
De route loopt eerst over de sneeuw- en ijshellingen ten oosten van de Dablam, het is mogelijk dat we op dit stuk van de route te maken krijgen met stukken beenhard ‘Blue Ice’.
Vervolgens bereiken we het laatste verdedigingsbastion van de Ama Dablam, de 50 graden steile en 250 m hoge topwand van sneeuw en ijs.
Hoewel dit technisch gezien het meest gemakkelijke stuk van de beklimming is, maakt dit maal de grote hoogte het klimmen extra zwaar. Meter voor meter klimmen we hoger op de eindeloze topwand en komen we stap voor stap dichter bij de top van de Ama Dablam. En dan doemt plots de top van Mount Everest op vanachter de sneeuwwand, op dat moment weet je dat je bijna op de top van de Ama Dablam staat. Slechts enkele hoogtemeters verder bereik je de vlakke top van de Ama Dablam, 6814m hoog!
Op een heldere dag, heb je op de top van de Ama Dablam een adembenemend zicht op oa. de Everest, Lhotse, Cho Oyu en Makalu, om nog maar te zwijgen van het wijdse panorama.
Na de toppoging zullen we terug afdalen naar Camp 3 of reeds verder naar Camp 2, om dan de volgende dag met al het materiaal terug naar base camp te trekken.